• Je legt uit wat het begrip spelbetrokkenheid wil zeggen. Je legt uit hoe je de ontwikkeling van kinderen tijdens een spel kan ondersteunen door te verkennen, verbinden en verrijken. Je legt ook uit wat je juist niet moet doen. Je geeft meerdere voorbeelden waarmee je laat zien hoe verkennen, verbinden en verrijken er in de praktijk uit ziet.

Wat is spelbetrokkenheid?

Spelbetrokkenheid betekent dat een kind volledig opgaat in zijn spel: het is geconcentreerd, nieuwsgierig en gemotiveerd. Het leert vanzelf, omdat het plezier heeft en nieuwe dingen ontdekt. Hoe groter de betrokkenheid, hoe meer het kind zich ontwikkelt.

Hoe ondersteun je spel met verkennen, verbinden en verrijken?

👶 Situatie: Een kind speelt met blokken en stapelt ze op elkaar.

🔹 Verkennen

“Ik zie dat jij een hoge toren maakt. Ik ben benieuwd hoe hoog hij wordt. Zal ik er nog een blokje naast zetten?”

🔹 Verbinden

“Jouw toren doet mij denken aan de hoge glijbaan buiten. Weet je nog dat jij daar gisteren vanaf ging?”

🔹 Verrijken

“Ik pak er een poppetje bij. Zullen we kijken of het poppetje bovenop de toren kan staan, zonder dat hij omvalt?”

 

👉 Zo ondersteun ik de ontwikkeling van het kind:

  • Ik volg en erken wat het doet (verkennen).
  • Ik koppel het aan zijn eigen ervaring (verbinden).
  • Ik bied een nieuwe uitdaging en extra spelidee (verrijken).

 

Wat ik niet moet doen tijdens spel

  • Overnemen: “Nee, je moet de auto zo neerzetten.” → kind verliest plezier.
  • Dwingen: “Je moet de rode blokken onderaan zetten.” → minder vrijheid.
  • Corrigeren: “Nee, dat is geen vliegtuig, maar een blok.” → kind durft minder te fantaseren.
  • Onderbreken: “Stop, we gaan nu meteen opruimen.” → betrokkenheid weg.

👉 Ik laat het kind eigenaar blijven van zijn spel en ondersteun zonder te sturen of af te remmen.

  • Je legt uit wat het wil zeggen wanneer je inclusie op de groep nastreeft. Je legt uit wat jij moet doen om ervoor te zorgen dat de veilige sfeer ontstaat waarin inclusie mogelijk is. Je legt ook uit waarom het belangrijk is voor de ontwikkeling van een kind om aandacht te geven aan emotievolle gebeurtenissen en laat door een voorbeeld zien hoe je ruimte geeft om die emoties te verwerken.

Inclusie betekent dat elk kind, ongeacht achtergrond, talenten of beperkingen, volwaardig mee kan doen.

 

  • Ieder kind wordt gezien en geaccepteerd.
  • Iedereen krijgt gelijke kansen om te spelen en leren.
  • Aanpassingen of ondersteuning zorgen dat niemand buitengesloten wordt.

 

Voorbeeld: Een kind met een beperking krijgt aangepaste blokken; een kind dat de taal nog niet volledig spreekt, wordt geholpen met eenvoudige woorden en gebaren.

 

Om inclusie mogelijk te maken, zorg ik voor een veilige en positieve sfeer:

  • Elk kind voelt zich gezien en welkom.
  • Ik stimuleer respectvol samen spelen en grijp in bij uitsluiting.
  • Ik bied ondersteuning of aanpassingen waar nodig.
  • Ik creëer voorspelbare routines zodat kinderen zich veilig voelen.

 

Het is belangrijk om aandacht te geven aan emotievolle gebeurtenissen omdat kinderen:

  • Leren hun gevoelens te herkennen en te benoemen.
  • Veiligheid en vertrouwen ervaren bij volwassenen die hun emoties erkennen.
  • Vaardigheden ontwikkelen om emoties te reguleren en conflicten op te lossen.
  • Sociaal-emotioneel groeien, waardoor ze beter kunnen samenwerken en relaties opbouwen.

Praktijkvoorbeeld Queena

Een kind valt tijdens het buitenspelen en begint te huilen. Ik zeg:
“Ik zie dat je hard bent gevallen. Dat doet pijn hè? Kom even bij mij zitten, dan troosten we samen.”
Ik laat het kind zijn tranen laten, benoem de gevoelens en vraag later:
“Wil je erover vertellen wat er gebeurde?”

âž¡ Zo geef ik het kind ruimte om de emoties te verwerken, zonder het te overstemmen of te negeren. Het kind voelt zich veilig, begrepen en ondersteund.